www.
johanblaauw.nl

 
Artikelen
|
Recensies
|
Overwegingen
|
Columns
|
Gedichten
|
Varia
|
Sitemap
 

 

Rouw

Over rouw en verlies zijn veel boeken geschreven. Kern van de meeste is dat rouw tijd vraagt. Meer dan we dachten. Verkeerde reacties tegenover mensen die rouwen zijn vaak terug te voeren tot deze ene, dat men de ander de tijd niet gunt die hij of zij nodig heeft om het verlies een plaats te geven. Vaak willen we - vanuit de beste bedoelingen overigens - troosten, maar doen dat soms te vlug, te snel. Echte troost put je, zo is mijn ervaring, uit mensen die je juist wel de tijd gunnen om op jouw manier de weg te zoeken in dat onbekende land waar je opeens terecht gekomen bent.
Sommige boeken over rouw en verdriet hebben het rouwproces in fasen ingedeeld. Ik heb het daar een beetje moeilijk mee. Het verdriet dat je hebt is immers altijd hoogstpersoonlijk. Het is jouw vader, jouw moeder, jouw kind, jouw partner die gestorven is. Wanneer iemand je dan voorhoudt dat jouw verdriet wel eens zo en zolang kan duren en zo en zo kan verlopen, kwetst dat bijna. A1 zie ik ook wel dat het soms ook wel eens kan helpen wanneer mensen, die vergelijkbare ervaringen kennen, je vertellen dat gevoelens van verslagenheid en bitter verdriet niet eeuwig hoeven te duren en dat je daar in je verdriet ook op vertrouwen mag en vanuit mag gaan.

Freud
Freud sprak in dit verband over Trauerarbeit. 'Rouwarbeid'. Rouwtaken. Een uitdrukking die erop wijst dat rouwen meer is dan een passief gebeuren. Het vraagt ook om innerlijke activiteit. Hoe onvoorspelbaar ook. Meestal een zoeken, een tasten in een onbekend land waar je voor jezelf een weg in moet zien te vinden. Er zijn de herinneringen. "Zo was het". "Zo was zij". "Zo was hij". Moeilijk genoeg, maar we kunnen ze ook niet missen.

Psalm 126
Psalm 126 gebruikt het beeld van "rivieren in de woestijn die, als de regen valt, opnieuw gaan stromen" (in de vertaling en bewerking van Huub Oosterhuis & Michel van der Plas). Je zou dat ook een beeld voor wie rouwen kunnen noemen. De regen die valt als beeld voor onze tranen.
Tranen, schreef een moeder die haar kind verloren had, hebben er ook voor gezorgd dat ik dingen ben gaan zien, die ik met droge ogen niet zou hebben gezien. Alsof mijn tranen de functie van een vergrootglas hadden, dat me helderder, duidelijker, scherper ook liet zien wat belangrijk is en wat werkelijk telt. Alsof ik daardoor weer verder kon en het leven beetje bij beetje weer begon te stromen, zoals een rivier in de woestijn.
Trauerarbeit noemde Freud dit. 'Rouwarbeid'. Zwaar werk. In een vreemd land zonder gebaande wegen.
Misschien, ik zeg het aarzelend, mogen we ons in het verlengde van het beeld uit Psalm 126 ook afvragen of niet die plekken, die kanten van onszelf het mooist zijn en het meest echt die ons aanvankelijk veel pijn hebben gedaan. Waar we mee geworsteld hebben en met vallen en opstaan hebben leren leven door ze een plaats te geven in ons leven als iets dat er bij is gaan horen. Als rivieren in de woestijn die, als de regen valt, opnieuw gaan stromen.

 © JOHAN BLAAUW

naar begin