www.
johanblaauw.nl

 
Artikelen
|
Recensies
|
Overwegingen
|
Columns
|
Gedichten
|
Varia
|
Sitemap
 

 

De toren van Babel

Het aardige van het verhaal van de toren van Babel (Genesis 11 : 1 - 9) is dat  je dit verhaal op talloze manieren kunt lezen.

Een daarvan is om het te zien als een verhaal dat cirkelt rond het probleem van de menselijke verdeeldheid. Daarmee sluit het verhaal aan bij een oermenselijke ervaring: mensen zijn verdeeld. Hoe vervelend dat meestal ook is. Een soort menselijk gegeven. Zo is het. Heel de geschiedenis laat dit telkens weer zien. In onze tijd, zeker, maar ook vroeger. En die toren van Babel, zou je kunnen zeggen, is een symbool voor het streven van mensen één te worden. Maar tegelijk ook een symbool voor de illusie daarvan.
“Laten we een stad bouwen met een toren die tot in de hemel reikt. Dat zal ons beroemd maken, en dan zullen we niet over de hele aarde verspreid raken” (vers 4). Niet verspreid raken. Bij elkaar hokken, zich verschansen achter een veilig schild tegen de rest van de wereld. Ze doen er net alsof er niets of niemand buiten Babel meetelt. Babel als het paradijs voor jezelf. Vervolgens verwart God de spraak van de bouwers aan de toren en stort het hele project als een kaartenhuis in elkaar. Opeens moeten de mensen elkaar weer gaan opzoeken om elkaar te bereiken. Ze moeten opnieuw leren luisteren en zich weer leren verwonderen over elkaar en elkaars anders zijn.

Niet realistisch
Ik vind dit verhaal een treffende metafoor voor de menselijke ervaring dat je eerst elkaars taal moet leren spreken om elkaar te kunnen begrijpen. Wat bedoelt iemand met wat zij of hij zegt? Denk ik niet te gauw: ik begrijp je wel? Dezelfde taal spreken, bijvoorbeeld allebei Nederlands, is nog geen garantie dat je elkaar ook verstaat. Om elkaar echt te begrijpen is meer nodig: bereidheid je ook in elkaar te verdiepen. Misschien is dat wel een aspect dat die taalverwarring in Babel verbeeldt.
Nog een stap verder vind ik dit verhaal ook nog eens een rake metafoor voor het gevaar van het spreken van één taal. Waar maar één taal gesproken wordt, en dat is meestal de taal van de machtigen, verschraalt het bestaan en komt al vlug de humaniteit in gevaar. Dat geldt niet alleen voor dictaturen. Ook democratieën lopen dat risico wanneer iedereen iedereen maar nawauwelt. Om elkaar en elkaars verschillen op waarde te schatten zullen we altijd moeite moeten doen om elkaar te begrijpen, want sinds ‘Babel’ zijn we niet meer één van taal. En dat klopt ook met onze levenservaring dat er meer manieren zijn om de wereld te zien en te beleven. Of meerdere manieren om je eigen leven vorm en inhoud te geven. Eigenlijk moest ‘Babel’ wel mislukken, want het uitgangspunt deugde niet. Het was niet realistisch: mensen zijn niet één van taal, maar pluriform.

Verrijking
Een plant heeft verzorging nodig, water en licht, en dat geregeld, wil ze kunnen groeien. Ook voor onze levensovertuiging gaat dat op. Ook die vraagt om verzorging, geregeld, door te leren van je ervaringen. Door de moed te hebben ook te kijken naar je mislukkingen, naar wat niet goed ging, de negatieve kanten van jezelf. Maar ook door te kijken naar je successen en door je eigen mogelijkheden te verkennen. Dan kan je levensovertuiging groeien en iets van jezelf worden, wat bij je hoort, net als je gezicht of je handen. Zo’n levensovertuiging, zo’n geloof zal vervolgens ook tegen een stootje kunnen. Want het heeft wortels en is verankerd. Het zal met ons mee veranderen gedurende onze reis door de tijd. Soms kun je het met anderen delen, maar die hebben door hun levenservaringen wel een ander geloof, een andere taal, maar dat geeft niet, want we zijn nu eenmaal verschillend van taal. Dat is geen beperking van ons menszijn maar een verrijking.
En als u het mij vraagt had God dat allemaal heel goed in de gaten toen hij neerdaalde om de spraak te verwarren van de bouwers van de toren van Babel.

 © JOHAN BLAAUW

Zie ook: W.R. van der Zee, De wereld wordt vaderland. Over het begin: Genesis 1 tot 12, Den Haag 1982 (3e druk)

Illustratie: Tobias de Haan, Toren van Babel, olie op doek, 120 x 40

naar begin