|
|
Tegen de onverschilligheid
Het hedendaagse voetbal is volstrekt
ontaard. Positief denken door dagelijks zinnen te herhalen als 'het gaat
goed, het leven is prettig' is op zijn minst onnozel. Het actuele hedonisme
vormt een bedreiging voor onze cultuur. Zenboeddhisme en new age deugen
niet voor een modern goed leven. Hetzelfde geldt voor zelfmanagement naar
Amerikaans model met zijn hang naar snel succes of voor de marktgestuurde
lifestylebewegingen.
Deze opvattingen ontleen ik aan Tegen de onverschilligheid.
Pleidooi voor een moderne levenskunst van Joep Dohmen. Wanneer ze u
aanspreken is dit boek vermoedelijk een goede keus. De auteur is docent
aan de Universiteit voor Humanistiek in Utrecht en publiceerde eerder over
dit thema.
Dohmen stelt in Tegen de onverschilligheid
dat de moderne persoonlijkheid gekenmerkt wordt door een gebrek aan samenhang
en diepgang. "Doorgaans zijn ze uit op directe behoeftebevrediging waarbij
de ander alleen maar instrument is. Als gevolg daarvan wordt de samenleving
geconfronteerd met een hele reeks handelingen in het openbare leven, op
straten, pleinen, in het openbaar vervoer, in bioscopen, kroegen, wachtruimten
en vergaderzalen die grof, lomp en achteloos is." Om hier verandering in
te brengen pleit Dohmen voor een moderne levenskunst, "een soort morele
vorming ter bevordering van onze zelfverantwoordelijkheid". Tegenover de
pupulaire levenskunst plaatst hij de filosofische levenskunst. Daartoe
gaat Dohmen bij het verleden te rade en staat hij uitgebreid stil bij wat
in de loop der tijden over levenskunst door filosofen is gedacht en geschreven.
Veel aandacht krijgen filosofen van de klassieke oudheid zoals Socrates,
Plato, Aristoteles, Epicurus, Zeno (de Stoa), de cynici en de sceptici.
Een apart hoofdstuk gaat over Nietzsches filosofie van de levenskunst waarvan
het uiteindelijk doel is "dat het leven een kunstwerk wordt".
Vriendschapscultuur
De kern van Dohmens boek wordt gevormd door de
hoofdstukken die de basisconcepten van de moderne levenskunst nader onder
de loep nemen: autonomie, authenticiteit, zelfzorg en de rol die tijd speelt
in ons leven. "De actuele samenleving wordt gedomineerd door twee 'idolen':
de mythe van de autonomie en de plicht tot geluk." Deze "twee neoliberale
dwangbeelden" leiden tot enorme zelfoverschatting met als gevolg dito teleurstellingen.
Als alternatief schetst Joep Dohmen contouren van een actuele levenskunst.
Hierin gaat het om het ontwikkelen van een eigen levenshouding, gekenmerkt
door zelfkennis, daadkracht en het zoeken en vinden van die waarden die
voor iemand belangrijk zijn. Ook hoe we met onze tijd omgaan en wat onze
maatschappelijke situatie is, krijgen de nodige aandacht. Kortom: "levenskunst
is een leren leven met de continuïteit, discontinuïteit en de
eindigheid van ons eigen leven en dat van onze naasten".
Bepaalde vormen van levenskunst worden ontleend
aan de deugdethiek. Hieronder valt het leven volgens een ideaal. In een
uiterst boeiend hoofdstuk laat Dohmen zien waarom het een gevaarlijk risico
is je leven naar één ideaal in te richten. "De mens uit één
stuk is een onverdraaglijk wezen: hij is star, fanatiek en fundamentalistisch."
Dohmens pleidooi voor moderne levenskunst mondt
tenslotte uit in een pleidooi voor een moderne vriendschapscultuur. Bij
echte vriendschap is de beslissende drijfveer "een genegenheid voor de
andere persoon om wie hij is" (Aristoteles). Echte vriendschap kent
vier kardinale deugden: liefde(volle betrokkenheid), betrouwbaarheid, moed
en zelfrespect. "Als deze deugden ontbreken, ontbreekt de diepere motivatie
om zich om elkaar te bekommeren en zal de vriendschap het niet redden."
Het programma van de vriendschapscultuur dat
Dohmen voor ogen staat kent drie belangrijke agendapunten. Om te beginnen
moeten vrienden "elkaar beschermen tegen de principiële onzekerheid
van de menselijke conditie". Hieronder valt het "elkaar helpen om de hoop
levend te houden". Vervolgens behoren vrienden elkaar te helpen bij elkaars
zoektocht naar een goed leven. Vriendschap is daarom "de enige plek waar
een intense bemoeizucht is toegestaan". En tenslotte, derde agendapunt,
zijn vrienden "behalve voor het verwerven van geluk ook hard nodig voor
het duurzaam delen daarvan". Tot zover Dohmens boek.
Hoge eisen
Het boek is een gedegen gids - geschreven door
een belezen docent - voor wie meer willen weten over wat filosofen in verleden
en heden over levenskunst hebben beweerd. Maar het boek wil meer zijn.
Het wil ook en vooral een uitweg bieden uit een onverschillige en oppervlakkige
samenleving. Dohmen zoekt die uitweg in een nieuwe vriendschapscultuur
als vormgeving van moderne levenskunst.
Waar ik aan het slot van het boek over struikel
zijn de torenhoge eisen die Dohmen aan echte vriendschappen stelt. Echte
vriendschap wordt op deze manier bijna een ideaal. Overvraag je met zulke
hoge eisen je vrienden niet? Met als risico dat iemand van vriendschap
meer verwacht dan reëel is? Het zal je maar gebeuren dat het je in
je leven niet lukt zulke vriendschappen te vinden of op te bouwen. Of dat
je voortijdig je vrienden verliest. Ben je dan mislukt als levenskunstenaar?
Gelden hier niet precies die bezwaren die Dohmen zelf eerder aanvoerde
tegen de deugdethiek en het inrichten van het leven volgens één
ideaal?
Vriendschappen zijn belangrijk, daarover geen
misverstand, maar Dohmens moderne levenskunst neemt een groot risico met
zulke hoge, bijna idealistische eisen aan vriendschappen: het risico van
de teleurgestelde verwachtingen met alle nare gevolgen vandien.
© JOHAN BLAAUW
Joep Dohmen, Tegen de onverschilligheid. Pleidooi
voor een moderne levenskunst, Ambo Amsterdam 2007, ISBN 978 90 263
11017, € 19,95.
Bovenstaande recensie werd ook gepubliceerd in adRem, remonstrants maandblad, van september 2007
naar begin |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|